Oud en nieuw in de energietransitie

Geschreven door Jos van der Schot, Innovatiepartners

29 augustus 2024

  • Energiegemeenschappen
  • Energiemarkt
  • Gelijktijdigheid
  • Local4Local
  • Salderingsregeling
  • terugleveringsheffing

Delen en opslaan zijn het nieuwe salderen

“In EU meer stroom uit zon en wind dan uit fossiele brandstoffen”, kopt Trouw op zijn voorpagina (31 juli), naar aanleiding van onderzoek van energiedenktank Ember. “We zien een historische verandering en die verandering gaat snel,” aldus data-analist Chris Rosslowe van Ember. De cijfers stemmen hoopvol, maar ondertussen draait (de marktwerking in) de energiewereld nog volop op fossiele principes. Dat dwingt partijen die aan fundamentele veranderingen werken, zoals Local4Local, om op twee borden te spelen: een nieuwe werkelijkheid creëren terwijl de oude regels nog gelden.

Local4Local ontwikkelt een systeem dat energiegemeenschappen de mogelijkheid biedt om vraag en aanbod beter op elkaar af te stemmen. Deze zogenoemde gelijktijdigheid van aanbod en afname ligt hoger als de individuele leden van de gemeenschap ‘te veel’ opgewekte energie direct delen met andere leden of in (thuis)batterijen opslaan voor later gebruik. Het vlakt schommelingen in de energieopbrengst af, die inherent zijn aan weersafhankelijke duurzame bronnen. Een stabielere energieprijs ligt zo in het verschiet, onafhankelijk van fossiele bronnen. Maar het is als met vrijwel alle transities: de betere wereld ligt in de toekomst en de bestaande situatie staat verandering vaak in de weg.

Saldering heeft gewerkt

Een van de bestaande regelingen die verandering momenteel tegenwerkt is saldering. Deze (tijdelijke) regeling uit 2004 maakte het voor panelenbezitters mogelijk om jaarlijks hun zomerse overschot aan zonnestroom terug te leveren en die weg te strepen tegen de (grotendeels fossiele) aanvulling van hun winterse tekort. De overheid verstoorde bewust de marktwerking in de energiewereld om massale aanschaf van zonnepanelen door particulieren een stimulans te geven. En met succes. Mede door de regeling nam de duurzaam opgewekte stroom toe én daalde de prijs van zonnepanelen. Elektriciteit uit zon en wind kost momenteel ruim minder dan die uit kolen- en gascentrales. Hoog tijd om de salderingsregeling af te schaffen, want haar succes bijt inmiddels in haar eigen staart.

Nu duurzame energie goedkoper is dan met fossiel opgewekte stroom, is het prijsverschil tussen zomerse (zonne-)stroom en winterse (grotendeels fossiele) stroom groot. Dit prijsverschil maakt saldering een kostbare regeling die energieleveranciers geld kost. Tot nu toe verrekenden ze dit in de basistarieven, waardoor mensen zonder panelen via de salderingsregeling terugleverende panelenbezitters subsidieerden. Uit rechtvaardigheidsoverwegingen leggen veel leveranciers de rekening door een terugleverheffing inmiddels bij de panelenbezitters neer.

Van geld toe naar eerlijke rekening

De volwassenheid van zonne-energie maakt haar achilleshiel zichtbaar. Hoge zonopbrengst in de zomer en lage in de winter zorgt voor onbalans die de markt niet goed aankan. In de zomer leveren zonnepanelen, samen met de windturbines en fossiele centrales, zelfs meer stroom dan er gebruikt wordt. Dit leidt volgens de klassieke marktwerking tot een negatieve prijs. De makkelijkste ‘oplossing’ is om panelen dan af te schakelen, zogenaamde curtailing. Dat is uiteindelijk niet de bedoeling van de zonnerevolutie. Voor een geslaagde energietransitie, waarin fossiel volledig wordt vervangen door duurzame opwek, moet namelijk iedere kWh zon en wind worden geoogst en is het logischer om eerst fossiele bronnen ‘uit’ te zetten. Maar zolang de energiemarkt geënt is op fossiele bronnen werken de economische krachten nog de andere kant op.[1]

We zitten kortom in een overgangsperiode die vrijwel niemand helpt. De financiële voordelen voor panelenbezitters neemt door de terugleverheffing en voorgenomen afschaffing van de salderingsregeling flink af. Energieleveranciers lopen risico’s vanwege de onvoorspelbaarheid van vraag en aanbod en merken dat in oplopende onbalanskosten. Installateurs en leveranciers van zonnepanelen zien de vraag instorten[2]. En het succesvolle klimaatbeleid van de overheid stagneert.

Ondanks de frictie op de korte termijn is afschaffing van de salderingsregeling en herstel van de marktwerking uiteindelijk voordelig voor relatief goedkope zonne-energie. Maar zolang de salderingsregeling nog bestaat en energieleveranciers de terugleverkosten doorberekenen, is het verhaal moeilijk uit te leggen. Ook coöperatieve leveranciers die samenwerken in Local4Local – om|nieuwe energie, Energie van Ons en Agem – zien zich genoodzaakt de kosten te verhalen op hun klanten.

Leden van Energie Samen Rivierenland ventileerden daarover tijdens hun ALV hun ongenoegen over de ‘terugleverboete’ tegenover André Dippel, directeur van om|nieuwe energie. Het antwoord van Dippel is helder, zakelijk en gericht op de toekomst: “De huidige situatie met groot overschot aan stroom in de zomer kost alle leveranciers geld. Dat geldt ook voor ons als leverancier zonder winstoogmerk. Wij dragen het financiële risico voor de onbalans. De oplossing is het systeem dat we samen met jullie binnen Local4Local ontwikkelen. Daarbij dringen we de kosten terug door zoveel mogelijk directe gelijktijdigheid van vraag en aanbod te realiseren. Dan krijgt waardevolle zomerse zonne-energie ook economisch een hogere waarde.”

Ook Justin Pagden van Agem Energie Experts benadrukt de kansen die de toekomst biedt. Hij noemt de afschaffing van de salderingsregeling plagend “An Inconvenient Truth voor verwende panelenbezitters. In de zomer is zonne-energie namelijk niet meer zoveel waard als bij het begin van de regeling.” Overigens benadrukt Pagden dat de panelenbezitters van het eerste uur hun aanschafkosten inmiddels dik terugverdiend hebben en dat iedere kWh uit de panelen nog altijd winst oplevert. “Ook voor mensen die nu panelen willen aanschaffen is de businesscase nog altijd positief.” [zie box 1]

Gelijktijdigheid als sleutel

Pagden gebruikt zijn ‘ongemakkelijke waarheid’ als stimulans om met Local4Local te werken aan een eerlijk kostprijsmodel. “Dat model is uiteindelijk ook gunstig voor klanten met zonnepanelen op hun eigen dak. De sleutel is gelijktijdigheid van opwek en gebruik en die is het hoogst als de opbrengst uit de zonne- en windinstallaties direct en volledig wordt gebruikt of opgeslagen voor latere toepassing.” Door energie die leden van een gemeenschap ‘over’ hebben direct te leveren aan leden zonder of met weinig eigen opwek zijn terugleverkosten of afschakeling te voorkomen. En hetzelfde geldt voor tijdelijk opslaan van het surplus in accu’s en dit gebruiken als er minder wordt opgewekt.

Voorlopig moet het project echter nog dealen met de bestaande salderingsregeling. Zolang die regeling bestaat is het voor de particuliere zonnepaneelbezitter financieel niet aantrekkelijk om het overschot te delen met een ander. Daarmee houdt deze regeling het local4local model in feite tegen. Het heen-en-weer leveren aan en afnemen van de markt is vrijwel altijd ongunstig. De klassieke leveranciers (met winstoogmerk) zullen namelijk alleen stroom van zijn klanten afnemen als ze het vervolgens tegen een hogere prijs kunnen verkopen. Hoe hoger de gelijktijdigheid, hoe lager het deel van de opbrengst dat, verlieslatend, via de markt verloopt.

Voor een individueel huishouden is gelijktijdigheid niet gemakkelijk voor elkaar te boksen. Grote huishoudelijke elektriciteitsgebruikers staan meestal niet aan als de zon schijnt. Elektrisch koken doen we eind van de middag, de elektrische auto is overdag meestal niet thuis en de wasmachine is niet elke dag nodig. Kortom, er blijft nog veel zelf-opgewekte stroom over.

Maar, hoe zou het zijn als je de opgewekte stroom deelt met buren, een heel straatje of huizenblok, waar niet iedereen zelf panelen heeft? Dat levert al gauw meer gelijktijdigheid op. Via zogenaamde energy sharing organisaties kunnen buren afspraken op maat maken, bijvoorbeeld over de onderlinge verrekening. Een maatje groter, met een hele wijk, buurtschap of dorp, kan ook. In deze kleine gemeenschappen bundelen de leden de opbrengst van ‘hun’ zonnepanelen en delen dat met andere bewoners/leden. Nog interessanter wordt het als de gemeenschap meerdere grote opwekinstallaties heeft, liefst gespreid over zon en wind, en aangevuld met een of meer batterijen om overtollige energie tijdelijk op te slaan.

Een batterij maakt gelijktijdigheid, letterlijk, een rekbaar begrip. Je kunt het gebruik van een deel van de opgewekte energie uitstellen tot een tijdstip dat je het nodig hebt. Dat kan individueel, met een (thuis)batterij. Maar wat voor het delen van de panelen geldt, geldt ook voor batterijen. Met een grotere energiegemeenschap kan meer opslagcapaciteit aangeschaft worden en is het gebruik ervan ook over meer leden te verdelen. Grotere accu’s bieden de mogelijkheid om een niet zo zonnige dag voor een deel met opgeslagen elektriciteit te overbruggen.[3]

Het vormen van een lokale energiegemeenschap is het logische antwoord, stelt Pagden. “Hoe groter de gemeenschap, hoe meer verschillende energie-installaties (assets), hoe groter ook de mogelijkheid om de energie te delen of op te slaan. Zo kun je de gelijktijdigheid fors verhogen.” André Dippel van om|nieuwe energie voegt daar nog iets aan toe: “Voor gelijktijdigheid heeft de gemeenschap ook overheden en bedrijven nodig die tijdens de overschotperiode overdag energie nodig hebben.”

Local4Local Pilots: Gelijktijdigheid in de praktijk

Het Local4Local-model richt zich vooral op de grote energiegemeenschappen met meerdere ‘assets’ (opwekinstallaties en batterijen). Goede voorbeelden zijn BioZon in het Gelderse Zelhem en Energie Samen Rivierenland. Minstens zo interessant zijn de ervaringen van Zonnedorpen, een coöperatie in het noorden van Groningen, en het dorpje Heibloem dat samen met de coöperatie Zuidenwind op zoek gaat naar het delen van de opbrengst van zonne-energie.

Bij BioZon zet een verbrandingsmotor stortgas om in elektriciteit. Zonder de installatie zou dit gas, net als bij de meeste stortplaatsen, worden afgefakkeld. De elektriciteit gaat voor een belangrijk deel naar de Achterhoekse gemeenten; een kleiner deel naar de leden van de dorpscoöperatie. Voor particulier gebruik wordt het gecombineerd met zonnepanelen op de daken van een deel van de leden. Wat vervolgens overblijft verkoopt BioZon op de energiemarkt. De gelijktijdigheid kan oplopen tot wel 84%.

De assets van Energie Samen Rivierenland bestaan voor een belangrijk deel uit windturbines, grotendeels in beheer bij de coöperatie Betuwewind. Daarnaast investeren de zeven lokale coöperaties van de gemeenschap in zonnevelden en bouwen aan een gemeenschappelijke accu om de pieken in zonne- en windopbrengst af te vlakken. Niet onbelangrijk in de zoektocht naar gelijktijdigheid zijn ook de contracten die gesloten zijn met bedrijven die hun productie en daarmee hun energieverbruik afstemmen op de beschikbare stroom uit de windmolens van Betuwewind. Met de slimme inzet van de assets kan een gelijktijdigheid van 70 à 80 procent bereikt worden.

Energiecoöperatie Zonnedorpen heeft leden verspreid over vijf dorpen in noordoost Groningen. De eigen opwek van de coöperatie bestaat uit één zonneveld met 1528 panelen. 70% van de leden heeft eigen zonnepanelen. Alle leden hebben recht op 4 cent korting op de reguliere stroomprijs van Energie Van Ons, onafhankelijk of ze een variabel, vast of dynamisch contract hebben. “Onze aanpak is om zowel achter de meter in de woningen als via het verhandelen van de overschotten en tekorten te werken aan gelijktijdigheid,” zegt Willem Schaap. “Bij saldering fungeerde het elektriciteitsnet als een virtuele batterij. Eigen batterijen – thuisbatterijen én een centrale bij het zonneveld – zijn ons alternatief.” De coöperatie wil vooral inzicht krijgen op de pieken en de dalen in zowel opwek als gebruik. Slim batterijgebruik en slimme autolaadpunten kunnen veel van deze pieken afvlakken. “Daarvoor willen we de batterijen wel centraal kunnen aansturen,” aldus Schaap. “Dan kun je ervoor zorgen dat ze elkaar aanvullen in plaats van allemaal tegelijk leveren.” Vanuit hun eigen zonnestroom wil Zonnedorpen verbreden: gedrag van mensen en automatisering van apparatuur; toepassing van accu’s om collectief te kunnen opslaan, slimme autoladers, samenwerking met gemeenten en de industrie en uiteindelijk ook windvermogen. De coöperatie heeft ingeschreven op projecten om bestaande windmolens in de regio te vervangen door grotere en wil eventueel contracten sluiten om wind van de Noordzee in te kopen. Schaap: “We moeten nog een hoop uitvinden”

Energiecoöperatie Zuidenwind in Noord Limburg beschikt vooral over windvermogen. In hun pilotproject Heibloem staat de gebruiker centraal, aldus Alex Janssen. “We kijken hier niet vanuit het aanbod van (wind)energie, maar vanuit de behoefte van gemeenschap. De bewoners van Heibloem zeiden ons: ‘Leuk die molens van jullie, maar help ons liever om de stroom goed te gebruiken en wat we over hebben van de zonnepanelen te delen met de buren’.” De bewoners van Heibloem vroegen dat op een moment dat het financieel nog gunstiger was om de zomerse stroom van hun panelen te salderen met de winterse aanvulling. Janssen: “We werken nu aan een systeem dat optimaal werkt zonder saldering. We weten nog niet precies hoe dat eruit gaat zien. Wel kunnen we nu al een aantal stappen zetten.” Het startpunt is het in kaart brengen van de verbruiksprofielen en dit optimaliseren ‘achter de meter’ – wat kunnen bewoners verbeteren aan hun eigen installaties en gedrag. Volgende stap is het koppelen van de energieopbrengst van de panelen met de buren. Dat kan bijvoorbeeld via een batterij. “Zo ontstaat in Heibloem naast een dorpsgemeenschap een energiegemeenschap, die gezamenlijk het energiegebruik en de opwek van de bewoners op elkaar gaat afstemmen.”

De komende jaren gaat Local4Local ervaring opdoen met deze en andere pilots, waarin particulieren de eigen opgewekte stroom met elkaar gaan delen waar nodig en mogelijk met behulp van batterijen. Die ervaring kunnen we gebruiken als de salderingsregeling daadwerkelijk wordt afgeschaft, naar verwachting in 2027.

[1] Het zou logischer zijn om bij lage stroomprijzen allereerst de duurdere (gas- en kolen)centrales uit te zetten, maar dat is technisch lastiger en de opwekbedrijven hebben daarvoor een fikse onkostenvergoeding bedongen.

[2] In het eerste halfjaar van 2024 halveerde het aantal nieuwe zonne-installaties ten opzichte van het eerste halfjaar van 2023.

[3] Het Nederlandse SemperPower en zijn internationale partner Corre Energy gaan bij het Groningse dorp Zuidwending batterijen met een vermogen van liefst 320 MW en een opslagcapaciteit van 640 MWh neerzetten en werken aan een luchtbatterij waarmee zelfs de gevreesde dunkelflaute, een aanzienlijke periode zonder noemenswaardige wind- en zonne-energie, kan worden overbrugd. (Vincent wil Zon, Trouw, 11 juli 2024)

Box: Zonnepanelen blijven lucratief

Het in rekening brengen van terugleverkosten en de voorgenomen afschaffing van de salderingsregeling leidden tot instorting van de verkoop van zonne-panelen. Het imago is omgeslagen van kaskraker naar miskoop. Ten onrechte laat een simpele rekensom zien.

 

De kostprijs van zon op eigen dak is ca. 5 ct/kWh (bij afschrijving in 25 jaar). Met de huidige salderingsregeling ontvang je ca. 25ct voor iedere kWh die wordt opgewekt. Dat is dus 5x meer dan de kostprijs. Belachelijk veel dus.

 

Met het afschaffen van de salderingsregeling in het verschiet zullen we ook anders naar de business case van zonnepanelen op eigen dak moeten kijken.

 

Het eigen verbruik (achter de meter) van zonnepanelen op eigen dak is doorgaans ongeveer een derde van de opwek. Als dit je enige opbrengst is en je voor invoeden op het net helemaal niks krijgt. Dan is de kostprijs van zon op eigen dak dus 15 ct. per kWh (5ct / ⅓ ).

 

Met opwek achter de meter bespaar je echter zowel de leveringskosten als de energiebelasting en BTW – ook na afschaffing van de saldering. Dat telt momenteel op tot ca. 25 ct. Met alleen het verbruik achter de meter kan het dus al uit!

 

En die overige tweederde is natuurlijk niet helemaal waardeloos. Als je die deelt met je buren zonder zonnepanelen zullen ze je ongetwijfeld dankbaar zijn.

 

Je kan ook investeren in een accu. De kostprijs van de volledige installatie stijgt dan naar 10ct/kWh, maar je verbruik achter de meter verdubbelt naar tweederde van de opwek. De kostprijs blijft dan staan op 15ct (10ct / ⅔). Dat is dus nog steeds een prima propositie.